Rev. Leonard Leitzel opende in 1950 een
zendingspost onder de Boslandcreolen aan de Boven Cottica, in het district
Marowijne. Een belangrijke assistent in dit alles was de heer William Parris.
Na de schoonmaak van de plaats, werden er tenten opgeslagen. 
Ondanks de gevaren zoals grote gevaarlijke slangen, hongerige tijgers, maar ook de lowenengee's, heeft Rev. Leonard Leitzel het toch gepresteerd om dit dorp op te zetten. De familie Leitzel verliet Paramaribo in 1950 en vestigde zich op de plaats die nu Pelgrim Kondre genoemd wordt. Het werk in Paramaribo viel onder de leiding van Rev. L. van der Kuyp.
Op I November 1953 opende de zending een dagschool te Pelgrim Kondre. Mevr. Johanna Bartelink diende als onderwijzeres op de school, en hield ook buitenpost diensten in de verschillende dorpen rondom Pelgrim Kondre van begin 1952 tot maart 1964. Later kwamen Willen Parris, Ella Paris-Uiterloo en Adam Dijkman. In 1969 werd de school geclassificeerd van Bosland naar GLO school. Het geestelijk en educatief werk onder de Marrons ontwikkelde zich en het werk verspreidde zich tot andere plaatsen zoals Akalekondee. De school telde later rond de 300 kinderen, met een dependentie op Akalekondee. Deze school heeft technici, chemicus, analist, juristen, onderwijzers, leraren, etc. opgeleverd.
Rev. E. K. Purcell nam gedurende de vakantie van de familie Leitzel waar op Pelgrim Kondre. Hij had het werk
Pelgrim Kondre kende, naast de kerk en school, ook een internaat voor jongens en meisjes, een vliegveld en een polikliniek.
Als gevolg van de fusie op 25 juni 1968 veranderde de naam van de Gemeente in De Wesleyaanse Gemeente. De nieuwe statuten werden goed gekeurd op 21 februari 1970 door de overheid van Suriname.
Tussen 1994 en 2008 heeft de gemeente een snelle groei doorgemaakt. Nieuwe kerken, waaronder Latour, Patamacca, Moengo, Frans Guyana, Marienburg, Groningen en Albina werden gesticht. Tal van buitenposten werden ook vele plaatsen in Marowijne, Paramaribo en Wanica gesticht.
Pelgrim Kondre werd na de binnenlandse oorlog heropend. De broeders Adam Dijkman en Lodewijk Douglas kregen toestemming van de District Raad om het dorp weer op te starten.
De plaats heette aanvankelijk, Jaja Kondee. Het was een verlaten dorp van Ma Jaja.
De plaats werd voor de zending uitgezocht door de heer William Parris, de pleegvader van Willem Parris, zoon van Da Akale. William Parris was een Balata bleeder, en kende de omgeving heel goed. Da Akale heeft geholpen om de rest van de familie te Ovilaolo zo ver te krijgen om toestemming te geven aan de Pilgrim Holiness Church op de plaats over te nemen.
